Installatie van een indoor videowall

Het bepalen van de locatie

Het podium heeft een breedte van 15 meter, met aan beide zijdes een tafel, een zijgordijn. De opstelling heeft een breedte van 12 meter met een hoogte van 6,2 meter. Het display beïnvloed de videoconferentie niet zonder ook het display op de achtergrond, een display met P3.1 productspecificaties, te beïnvloeden. Op het scherm kunnen tegelijk vier full screen HD videobeelden worden getoond.

Voor een optimale positionering van het scherm moet men bekenken dat er een directe relatie is met de kijkhoek. In de technische specificaties van de GB50464-2008 videodisplaysystemen is de volgende formule gegeven: H = k* d. Hierin is H de maximale kijkafstand, k de coëfficiënt voor de kijklijn, doorgaans 345, d de tekenhoogte (bij een dotmatrix 16 tekens). Volgens deze formule is dan de maximale kijkafstand H = 345 × 16 × 3,125 = 17,25 m. De minimale kijkafstand is de helft: 8,6 m. Beide afstanden samengenomen, in combinatie met de podiumtoepassing, de plaatsing van de conferentie gedeelten en de televisiecamera’s raden we aan om de eerste rij op de beste kijkafstand van de grote LED videowall te plaatsen, d.w.z. 18,3 meter.

Het menselijk oog heeft verticaal een beeldhoek van 15° en horizontaal een beeldhoek van 30°. Binnen die hoek ziet men het beste zonder vermoeid te raken. Naar schatting moeten de eerste toeschouwers op circa 18,3 meter van het LED scherm zitten, bij een schermhoogte van 6,2 meter en een breedte van 12 meter. De verticale beeldhoek is dan α = 16°, de horizontale beeldhoek β = 36,3 ° (zie figuur 1 en 2). Het scherm moet dan op een hoogte van 1,35 meter (vanaf de grond) zijn geplaatst.

Ontwerp van de modules

Een groot LED scherm is opgebouwd uit verschillende kasten (cabinet). In de sector wordt een onderscheid gemaakt tussen een eenvoudige kast en de standaardkast (ook wel aangeduid als een waterproof kast met cover). Voor toepassingen buiten worden doorgaans de waterproof uitvoeringen gebruikt, maar bij indoortoepassingen volstaat de eenvoudige uitvoering. Een aantalLED chippakketten, de pixels, op een bepaalde manier geordend op de printplaat, tezamen met een waterproof verpakking en een versterkende constructie vormen de module. De module heeft meestal een resolutie van 64 × 48, en is samen met meerdere modules in een behuizing gemonteerd. Iedere behuizing vormt een apart display. De parameters van P3.1 bijvoorbeeld zijn als volgt: de dimensies van de kast (b × h × d) zijn 0.4m × 0.3m × 0.1m; resolution 128 × 96; gewicht 5 kg (40 kg/m), vlakheid ≤ 0,2 mm, piekvermogen 120W (1000 W/m); gemiddeld stroomverbruik 40 W (330 W/m).

Ontwerp van de voeding

De zaal waar  de videowall wordt geplaatst is een belangrijke ruimte. Belangrijk is dat het display niet onverwachts uitvalt. Het is daarom uitgerust met een dubbele stroomvoeding. Als één uitvalt of als er ergens in het systeem sprake is van een storing, kan de andere voeding het ontvangen zodat de videowall zonder onderbreking in de lucht blijft. Op grond van de technische specificaties van het videosysteem en de ontwerpparameters van het LED display is een vermogen van 1000 W per vierkante meter nodig. Het hoofdscherm, de hulpschermen en het logoscherm hebben een totale belasting van 110 kW, bij een gemiddeld vermogen van 36,3 kW. Uitgaande van de voor een LED systeem gehanteerde veiligheidsmarge betekent dit dat er stroomvoeding nodig is met een totaal vermogen van 132 Kw (LED vermogen × 1,2).

Een LED is slecht bestand tegen overspanning en grote spanningswisselingen. De voeding moet daarom zo ontworpen worden dat een intelligente stroomverdeling mogelijk is, met een real-time monitoring van de belasting van het gehele display. Ten tweede is een ononderbroken stroomvoorziening (UPS) van belang en als derde een goed plan.  Wat betreft een ononderbroken stroomvoorziening is het beste en efficiëntste een UPS-stroomvoorziening van 132 / 0.8 = 165kV, zoals een modulair UPS als de GES-NT 160kV.